E-fiche 4 – De beslagen op onlichamelijk roerend goed (Bürger E-blad)

  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_validate() should be compatible with views_handler::options_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_submit() should be compatible with views_handler::options_submit($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_style_default::options() should be compatible with views_object::options() in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_style_default.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_validate() should be compatible with views_plugin::options_validate(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_submit() should be compatible with views_plugin::options_submit(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_argument::init() should be compatible with views_handler::init(&$view, $options) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_argument.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter_boolean_operator::value_validate() should be compatible with views_handler_filter::value_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter_boolean_operator.inc on line 0.

Beslag op onlichamelijke goederen (ook derdenbeslag genoemd) is een procedure die een schuldeiser toelaat onlichamelijke goederen uit het vermogen van zijn schuldenaar, te vatten; Lichamelijke goederen kunnen daarentegen het voorwerp uitmaken van een klassiek roerend beslag (zie fiche 3 over dit laatste punt).

Onder "onlichamelijk goed" wordt verstaan ieder onderdeel van een vermogen dat niet fysiek vatbaar is.

Beslag op onlichamelijk goed komt, trouwens, onder verschillende vormen voor, de belangrijkste daarvan worden in deze fiche gedetailleerd voorgesteld.

Als algemene voorafgaandelijke opmerking, wordt de lezer erop gewezen dat hieronder bij voorrang alleen het uitvoerend beslag op onlichamelijk goed wordt besproken.

In dit e-blad:

De algemene regels van het derdenbeslag naar gemeen recht

1. Definitie

Derdenbeslag beoogt aan de schuldeiser toe te laten vat te krijgen op geldsommen of effecten verschuldigd aan zijn schuldenaar ook al bevinden deze zich nog in handen van een derde (art. 1445 van het Gerechtelijk Wetboek).

Anders gezegd, er worden goederen in beslag genomen bij een derde maar deze maken wel degelijk reeds deel uit van het vermogen van de vervolgde schuldenaar aangezien de derde zelf schuldenaar is van de schuldenaar. Met andere woorden, de beslagene moet schuldenaar zijn van de beslaglegger en schuldeiser van de derde-beslagene.

Vb. : Beslag op het loon van een werknemer (beslagene) in handen van de werkgever van deze laatste (derde-beslagene) ten voordele van de schuldeiser (beslaglegger).

Vb. : Beslag bij een bankinstelling (derde-beslagene) op geldsommen die de schuldenaar bezit op een rekening waarvan hij titularis is (beslagene) ten voordele van zijn schuldeiser (beslaglegger).

2. Principe

Het uitvoerend derdenbeslag laat aldus aan de schuldeiser toe betaling te verkrijgen van sommen die hem verschuldigd zijn door de derde-beslagene te verplichten afgifte te doen in de handen van de instrumenterende gerechtsdeurwaarder van het bedrag van zijn schuld ten aanzien van de beslagene.

Bij het derdenbeslag treden aldus drie personen op:

  • De schuldeiser-beslaglegger, diegene die het beslag legt;
  • De beslagene, schuldeiser of eigenaar van effecten of geldsommen, voorwerp van het beslag;
  • De derde-beslagene, schuldenaar van de beslagene in wiens handen het beslag gelegd wordt.

Hoewel beslag op geldsommen het meest symptomatische voorbeeld van dit type beslag is (zie voorbeeld in punt A), blijft het hier niet toe beperkt.

Het kan ook betrekking hebben op onlichamelijke goederen die aan de schuldenaar toebehoren en zich bij een derde bevinden.

De gevolgen van het derdenbeslag zijn evenwel verschillend naargelang het schuldvorderingen dan wel lichamelijke of onlichamelijke goederen tot voorwerp heeft: in het eerste geval, leidt het in de eindfase tot de toekenning aan de beslaglegger van de sommen waarvan de beslagene schuldeiser is van de derde-beslagene; In het tweede geval, leidt het tot de verkoop van de goederen van de beslagene die zich in handen van de derde-beslagene bevinden en tot betaling aan de beslaglegger met de opbrengst van de verkoop.

De artikelen 1409 tot 1412 van het Gerechtelijk Wetboek stellen evenwel een gehele of gedeeltelijke onbeslagbaarheid en een onoverdraagbaarheid in van bepaalde geldsommen toekomend aan de schuldenaar opdat deze laatste en zijn familie een minimum noodzakelijk voor hun levensonderhoud zouden behouden (vb.: loon, uitkering, aanvullend inkomen, vergoeding, ...).

3. Gevolg van ieder derdenbeslag: onbeschikbaarheid

Het onmiddellijk gevolg van het exploot houdende derdenbeslag is dat de in beslag genomen sommen en zaken die de derde-beslagene aan de beslagene verschuldigd is, onbeschikbaar worden en dat het de derde-beslagene verboden is enige betaling uit te voeren (art. 1451 en art. 1540 van het Gerechtelijk Wetboek).

Zo kan de derde-beslagene geen afgifte meer doen in handen van de beslagene, zelfs geen betaling meer uitvoeren aan een andere schuldeiser van de beslagene. Hij kan evenmin schuldvergelijking inroepen tussen zijn schuld ten aanzien van de schuldenaar en een schuldvordering ten laste van deze laatste.

4. Bijzondere regels betreffende het bewarend beslag onder derden (artikelen 1445 tot 1460 van het Gerechtelijk Wetboek)

In geval van bewarend beslag onder derden, kan dit gelegd worden zonder toestemming van de rechter, niet alleen door de schuldeiser in het bezit van een authentieke titel maar ook, op eigen risico, op basis van een louter onderhandse titel.

De titel moet bestaan uit een geschrift dat aan de nodige vormvereisten voldoet, tegenstelbaar is aan de beslagene en getuigt van een zekere, opeisbare en vaststaande schuldvordering.

Bij afwezigheid van een titel, moet het beslag gevraagd worden bij eenzijdig verzoekschrift in overeenstemming met de artikelen 1417 en 1418 van het Gerechtelijk Wetboek.

5. Bijzondere regels betreffende het uitvoerend beslag onder derden (artikelen 1539 tot 1544 van het Gerechtelijk Wetboek)

De schuldeiser voorzien van een uitvoerbare titel kan bij deurwaardersexploot overgaan tot uitvoerend derdenbeslag, in handen van een derde, op de sommen en zaken die deze laatste verschuldigd is aan zijn schuldenaar.

Vermeldingen van het beslagexploot

Het exploot houdende uitvoerend beslag onder derden moet, naast de vormvereisten gemeen aan alle beslagexploten, de tekst bevatten van de artikelen 1452 tot 1455 van het Gerechtelijk Wetboek (in het hoofdstuk over het bewarend beslag onder derden) en van het artikel 1543 van het Gerechtelijk Wetboek (in het hoofdstuk over het uitvoerend beslag onder derden); en dit in overeenstemming met artikel 1539, lid 4 van het Gerechtelijk Wetboek.

Naar analogie moet dan ook aangenomen worden dat het exploot houdende uitvoerend beslag onder derden eveneens de waarschuwing aan de derde-beslagene moet bevatten dat hij zich moet gedragen naar deze bepalingen.

Aanzegging van het beslag aan de beslagen schuldenaar

Het uitvoerend beslag onder derden moet binnen de acht dagen worden aangezegd aan de beslagen schuldenaar. Hoewel deze termijn niet is voorgeschreven op straffe van nietigheid, bepaalt hij desalniettemin het goede verloop van de uitvoeringsmaatregel.

Het verzet van de beslagen schuldenaar

Artikel 1541 van het Gerechtelijk Wetboek geeft de beslagen schuldenaar de mogelijkheid, binnen de vijftien dagen na de aanzegging, verzet aan te tekenen tegen het beslag.

Dit verzet verloopt volgens de gewone regels, bij dagvaarding, betekend aan de beslaglegger, op verzoek van de beslagene, voor de territoriaal bevoegde beslagrechter, hetzij deze van de woonplaats van de beslagen schuldenaar of deze van de plaats van uitvoering wanneer de schuldenaar gedomicilieerd is in het buitenland of geen gekende woonplaats heeft in België.

Hierbij, mag de schuldenaar overwegingen over vormvereisten of over de grond van de zaak inroepen.

Vaststelling van de verplichting van de derde-beslagene

De verplichting van de derde-beslagene is in principe vastgelegd door zijn verklaring, die gedaan wordt volgens de regels en vormvereisten voorgeschreven door het Gerechtelijk Wetboek.

De derde-beslagene moet immers niet alleen de in beslag genomen tegoeden in bewaring houden en er geen enkele betaling mee doen, artikel 1540 van het Gerechtelijk Wetboek legt hem daarenboven op te verklaren wat hij verschuldigd is aan de beslagene.

Op dezelfde wijze, moet hij aan de beslaglegger en de beslagen schuldenaar, op hun verzoek, in dezelfde vorm, kennis geven van de eventuele vermeerdering van de sommen en zaken sinds de eerste of voorgaande verklaring (art. 1544 van het Gerechtelijk Wetboek).

Afgifte in handen van de deurwaarder en gevolgen voor de beslagene

In geval van derdenbeslag, moet de derde-beslagene afgifte doen in handen van de instrumenterende gerechtsdeurwaarder, en niet in handen van de beslaglegger opdat de ministeriele ambtenaar, in voorkomend geval, de procedure van verdeling instelt.

De beslagen schuldenaar zal slechts bevrijd zijn ten aanzien van de beslagleggende schuldeiser in de mate van de betalingen die deze ontvangt in het kader van het derdenbeslag gevolgd door de procedure van evenredige verdeling.

Evenredige verdeling

De evenredige verdeling regelt de verdeling van de opbrengst van het uitvoerend derdenbeslag (art. 1627 e.v. van het Gerechtelijk Wetboek).

Hieronder moet begrepen worden de verdeling, tussen alle schuldeisers in samenloop, van de opbrengst voortkomend uit de verkoop van de in beslag genomen onlichamelijke goederen of de in beslag genomen bedragen.

6. Aansprakelijkheid van de derde-beslagene ten aanzien van de beslaglegger

Ten aanzien van de beslaglegger, is de aansprakelijkheid van de derde-beslagene betrokken, in die mate dat de derde-beslagene die het verbod om de sommen in zijn bezit uit handen te geven, overtreedt, veroordeeld kan worden zelf gewoon schuldenaar te worden verklaard voor de oorzaken van het beslag.

Loonbeslag

Naast het derdenbeslag naar gemeen recht, heeft de wetgever een bijzondere procedure ontwikkeld, loonbeslag, waarop schuldeisers van onderhoudsgelden beroep kunnen doen in bepaalde omstandigheden (artikelen 221 van het Burgerlijk Wetboek en 1280 lid 5 van het Gerechtelijk Wetboek).

Het loonbeslag kan worden gedefinieerd als "de rechterlijke toelating verleend aan de schuldeiser van alimentatiegelden om rechtstreeks, met uitsluiting van de schuldenaar, binnen de voorwaarden en grenzen in het vonnis bepaald, diens inkomsten of iedere andere som die hem door een derde verschuldigd is, te innen".

Fiscaal derdenbeslag voor inkomstenbelastingen

Het fiscaal derdenbeslag voor inkomstenbelastingen is een vereenvoudigd derdenbeslag in die zin dat de kennisgeving van het derdenbeslag kan worden gedaan bij ter post aangetekende brief door de bevoegde ontvanger, en bijgevolg geen tussenkomst van de gerechtsdeurwaarder vereist.

Artikel 164 van het KB/WIB 92 (Koninklijk Besluit tot uitvoering van het wetboek van de inkomstenbelastingen) voorziet dat, op enkele bijzonderheden eigen aan deze maatregel van fiscale aard na, de algemene bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek van toepassing in geval van derdenbeslag, in casu toepasbaar zijn, met dien verstande dat de afgifte van het bedrag van het beslag gebeurt in handen van de bevoegde ontvanger en niet meer van de gerechtsdeurwaarder.

Derdenbeslag voor de invordering van strafrechtelijke boetes

Op grond van artikel 299, § 1 van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I), kan de ontvanger van de domeinen en/of penale boeten zonder voorafgaandelijk het in kracht van gewijsde getreden vonnis of arrest te moeten betekenen, bij een ter post aangetekende brief, uitvoerend beslag onder derden leggen op de aan een veroordeelde verschuldigde of toebehorende sommen en zaken, ten belope van het bedrag, geheel of gedeeltelijk, dat door deze laatste verschuldigd is uit hoofde van geldboeten, kosten, belastingen, verbeurdverklaarde geldsommen en kosten van vervolging of tenuitvoerlegging. Het beslag wordt eveneens bij een ter post aangetekende brief aan de veroordeelde aangezegd.

De veroordeelde kan verzet aantekenen tegen het derdenbeslag bij ter post aangetekende brief geadresseerd aan de bevoegde ontvanger binnen de vijftien dagen na de afgifte ter post van de aanzegging van het beslag.

De veroordeelde moet de derde-beslagene inlichten binnen dezelfde termijn bij ter post aangetekende brief.

Op enkele bijzonderheden eigen aan deze maatregel na, zijn de algemene bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek van toepassing in geval van derdenbeslag, in casu toepasbaar (zoals voor het fiscaal beslag), met dien verstande dat de afgifte van het bedrag van het beslag gebeurt in handen van de bevoegde ontvanger en niet meer van de gerechtsdeurwaarder.

Loonbeslag voor onderhoudsgeld

Deze uitvoeringsmaatregel kan worden toegepast om onbetaalde onderhoudsschulden te innen.

Ook al blijft de procedure van het loonbeslag, in deze situatie, dicht bij de algemene procedure, toch moet er vermeld worden dat de hoedanigheid van de beslaglegger bijzonder is.

Inderdaad, als schuldeiser van onderhoudsgelden, geniet hij een bevoorrechte positie die hem het recht toekent beslag te leggen op het geheel van de sommen in de handen van de derde-beslagene zonder enige beperking van onbeslagbaarheid of onoverdraagbaarheid voor zover deze sommen voortkomen uit een loon, een vervangingsinkomen of bepaalde vergoedingen (art. 1412 Ger.W.).

Het betreft dus een uitzondering op het beschermingsprincipe vermeld in punt 1/, B.

Derdenbeslag op waardepapieren

Waardepapieren (aandelen, obligaties, deelbewijzen ...) kunnen, in principe, door de beslagleggende schuldeiser gevat worden middels een derdenbeslag in handen van de vennootschap.

De uitvoering ervan verloopt zoals een uitvoerend beslag op roerend goed, dit wil zeggen met toepassing van de artikelen 1516 tot 1528 van het Gerechtelijk Wetboek.

Bij gebrek aan een coherente regeling, moet hier onderscheid gemaakt worden naargelang de soort vennootschap ten overstaan van dewelke het derdenbeslag wordt gelegd.

Beslag onder derden op een bankrekening

Dit beslag wordt gelegd op alle tegoeden die de bank verschuldigd is aan de schuldenaar en betreft alle bankrekeningen geopend op zijn naam.

1. Draagwijdte van de bescherming

Artikel 1411ter, § 1, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt dat in geval van beslag arbeidsinkomsten of inkomsten uit andere activiteiten evenals vervangingsinkomsten gestort op de in beslag genomen bankrekening, genieten van de beperkingen en uitsluitingen waarin de artikelen 1409, 1409bis en 1410 van het Gerechtelijk Wetboek voorzien gedurende een periode van dertig dagen vanaf de inschrijving van deze bedragen op de creditzijde van de zichtrekening.

Teneinde de beschermde inkomsten te identificeren, is een systeem van traceerbaarheid opgericht waardoor een verslag van onbeslagbaarheid en onoverdraagbaarheid wordt opgesteld in geval van beslag op een beschermd inkomen gecrediteerd op een zichtrekening geopend bij een (financiële) bankinstelling.

De verschillende soorten inkomsten moeten daartoe een bepaalde code dragen wanneer ze gestort worden op de bankrekening (loon, vergoedingen, ...) zodat ze kunnen worden afgezonderd van de andere bedragen gestort op de creditzijde van de zichtrekening. Andere gestorte bedragen, zijn, wat hen betreft, volledig vatbaar voor beslag.

2. Principes

De bescherming van gedeeltelijke onbeslagbaarheid of onoverdraagbaarheid geldt voor een periode van dertig dagen te rekenen vanaf de inschrijving van de sommen op de creditzijde van de rekening.

Echter, het saldo van het onbeslagbaar gedeelte neemt af met dertigsten volgens het aantal dagen verlopen tussen de dag van de inschrijving van de sommen op de rekening en deze van het beslag of de overdracht. Anders gezegd, de berekening van het beslagbaar saldo gebeurt evenredig met het aantal resterende dagen van de beschermingsperiode ten opzichte van de dag van het beslag of de overdracht.

3. Procedure

In geval van beslag op een zichtrekening, moet de kredietinstelling in haar verklaring van derde-beslagene, een lijst meedelen van de bedragen voorzien van een code gestort op de rekening gedurende de periode van dertig dagen voorafgaand aan het beslag.

Artikel 1452 vermeldt deze verplichting trouwens uitdrukkelijk: "De verklaring moet nauwkeurig alle dienstige gegevens voor de vaststelling van de rechten van partijen vermelden en, naar gelang van de gevallen, inzonderheid: (...) 4° In voorkomend geval, de bedragen voorzien van een code die op de creditzijde van een zichtrekening ingeschreven werden en de datum van de inschrijving ervan indien deze gebeurde tijdens de dertig dagen die de datum van het beslag voorafgaan.?

Artikel 1411quater, § 2 maakt een onderscheid naargelang er al dan niet een gerechtsdeurwaarder betrokken is bij het beslag of de overdracht.

Indien dit het geval is, is het de deurwaarder die de afrekening opstelt en die, op straffe van nietigheid van het beslag of van de overdracht, deze afrekening verstuurt aan de schuldenaar bij een ter post aangetekende brief met bericht van ontvangst, binnen acht dagen na de kennisgeving van de verklaring van derde-beslagene of, in voorkomend geval de verklaring van de derde wiens schuld werd overgedragen.

Op straffe van dezelfde nietigheden, wordt bij de ter post aangetekende brief met bericht van ontvangst aan de schuldenaar een antwoordformulier gevoegd waarvan de Koning het model bepaalt. Dit formulier moet de taak van de schuldenaar vereenvoudigen indien hij de hem toegezonden afrekening wenst te betwisten.

Indien, daarentegen, het beslag of de overdracht niet werd betekend door een deurwaarder, is het de schuldeiser zelf (in geval van fiscaal beslag in vereenvoudigde vorm of wanneer de overdracht wordt uitgevoerd door de schuldeiser zelf) die de afrekening moet opstellen. Hij gaat op dezelfde wijze tewerk wat betreft de verzending aan de schuldenaar en aan de kredietinstelling. De termijnen en sancties van deze formaliteiten zijn dezelfde.

4. Betwisting

Indien de schuldenaar de afrekening die hem werd overgemaakt wenst te betwisten, moet hij zijn opmerkingen, op straffe van verval, meedelen via het antwoordformulier aan de verzender van de afrekening (deurwaarder of schuldeiser). Hij moet dit doen bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding binnen de acht dagen te rekenen vanaf de aanbieding aan zijn woonplaats van de aangetekende brief (ter post met ontvangstmelding) die de betwiste afrekening bevatte.

Territoriale bevoegdheid

Op grond van artikel 633 van het Gerechtelijk Wetboek, worden vorderingen inzake bewarende beslagen en middelen tot tenuitvoerlegging uitsluitend gebracht voor de rechter van de plaats van het beslag, tenzij de wet anders bepaalt.

Voor beslag onder derden is de rechter van de woonplaats van de beslagen schuldenaar bevoegd.