E-fiche 1 – De voorwaarden voor implementatie van een verplichte uitvoeringsmaatregel

  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_validate() should be compatible with views_handler::options_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter::options_submit() should be compatible with views_handler::options_submit($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_style_default::options() should be compatible with views_object::options() in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_style_default.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_validate() should be compatible with views_plugin::options_validate(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_plugin_row::options_submit() should be compatible with views_plugin::options_submit(&$form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/plugins/views_plugin_row.inc on line 0.
  • strict warning: Non-static method view::load() should not be called statically in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/views.module on line 879.
  • strict warning: Declaration of views_handler_argument::init() should be compatible with views_handler::init(&$view, $options) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_argument.inc on line 0.
  • strict warning: Declaration of views_handler_filter_boolean_operator::value_validate() should be compatible with views_handler_filter::value_validate($form, &$form_state) in /var/home/europeeje/public_html/sites/default/modules/views/handlers/views_handler_filter_boolean_operator.inc on line 0.

Voorwaarden waaraan tenuitvoerleggingen moeten voldoen

Juridische handhavingprocedures worden ingedeeld in twee verschillende, maar opeenvolgende fasen. In de eerste fase beveelt de rechtbank de gedwongen tenuitvoerlegging en in de tweede fase wordt de tenuitvoerlegging feitelijk uitgevoerd.

Dus, eerst controleert de rechtbank of aan de voorwaarden van de gedwongen tenuitvoerlegging wordt voldaan.

In de tweede fase wordt de schuld ingevorderd.

Om effectief met tenuitvoerleggingsmaatregelen die voortvloeien uit een rechterlijke beslissing te beginnen, is een rechterlijke beslissing in de vorm van een executoriale titel vereist (voor meer informatie, zie I. A.).

1. ONDER WELKE VOORWAARDEN KUNNEN HANDHAVINGPROCEDURES TEGEN MIJN SCHULDENAAR WORDEN INGESTELD?

Het is van cruciaal belang dat aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan voordat tenuitvoerleggingsmaatregelen worden genomen tegen een schuldenaar of een partij die bepaalde verplichtingen heeft ingevolge een rechterlijke beslissing.

De Wet LIII van 1994 inzake tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen verschaft de antwoorden op deze vragen.

Artikel 13 luidt als volgt:

“Een executoriale titel kan uitgevaardigd worden indien de uitvoerbare beslissing:

  • a) een verplichting bevat (titel jegens de schuldenaar);
  • b) definitief is of onderworpen wordt aan een voorlopige tenuitvoerlegging; en
  • c) de periode voor de schuldenaar om de beslissing uit te voeren, verstreken is.”

Op grond van Artikel 13 is een beslissing waarbij de schuldenaar wordt bevolen, vereist, zodat de rechtbank een executoriale titel kan uitvaardigen. Het is daarom zeer belangrijk om te weten wat kan worden beschouwd als een “bevel” voor de schuldenaar. In alle gevallen moeten we de betekenis van de daadwerkelijke beslissing van het vonnis analyseren en niet slechts een letterlijke analyse. Met dit in gedachten, is het niet een vereiste voor de tenuitvoerlegging dat de feitelijke beslissing expliciet het woord “bevel” bevat. Het is voldoende dat het duidelijk is aan wie de schuldenaar verplichtingen heeft, wat het doel van deze verplichtingen zijn en wat de waarde ervan is.

WAT KAN ALS EEN EXECUTORIALE TITEL BESCHOUWD WORDEN?

Het antwoord op deze vraag vinden we in Artikel 10 van de Wet LIII van 1994:

Artikel 10 “De tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen (hierna te noemen: tenuitvoerlegging) moet bij de afgifte van de executoriale titel worden bevolen. Executoriale titels zijn:

  • a) een verklaring van tenuitvoerlegging afgegeven door de rechtbank of een notaris;
  • b) een document met de verklaring van uitvoerbaarheid, afgegeven door de rechtbank of een notaris;
  • c) een tenuitvoerleggingsbevel of beperking, of een bevel tot overschrijving, of anders een beslissing van directe kennisgeving, een benaderverbod of een beschikking van verwijzing door een notaris;
  • d) gerechtelijke mededeling van een boete of straf, een boete voor opzettelijke obstructie, een rechterlijke beslissing tot beslag op activa, een boete opgelegd door een lidstaat van de Europese Unie in een strafrechtelijke procedure met betrekking tot het begaan van een strafbaar feit; een bevel tot beslag op activa uitgegeven in een lidstaat van de EU binnen het raam van de strafrechtelijke procedure;
  • e) gerechtelijke mededeling van de kosten van de strafrechtelijke procedure of de kosten van aanhouding of escort, of kennisgeving verstuurd door de griffie van een door een notaris opgelegde boete, een boete voor opzettelijke obstructie of de kosten van de strafrechtelijke procedure opgelegd door de officier van justitie of de instantie verantwoordelijk voor het onderzoek en de kosten die door de National Parole Board via een bemiddelingsprocedure zijn vastgesteld, aangevoerd door de overheid en die worden vergoed;
  • f) bevel tot strafrechtelijke inbeslagname;
  • g) het bevel tot beslag op activa in verband met de tenuitvoerlegging van de door de Europese Unie opgelegde beperkende maatregelen op liquide middelen en andere financiële beleggingen.”

Uit dit artikel volgt dat de wet de verschillende beslissingen van nationale en internationale instanties niet als bindend beschouwt, maar in sommige gevallen wel de bindende kracht van andere akten, opgesteld buiten de procedurele sfeer (bijvoorbeeld de notariële akte vermeld onder b.).

Hier dient te worden opgemerkt dat de executoriale titel niet moet worden verward met het document dat de uit te voeren verplichting bevat.

De executoriale titel wordt door de rechtbank op basis van dit laatste afgegeven.

De uit te voeren executoriale titel wordt in beginsel uitgevoerd via een verklaring van tenuitvoerlegging (végrehajtási lap) of door het bijvoegen van de verklaring van uitvoerbaarheid (végrehajtási záradék) (zie onder punten a en b).

Tegelijkertijd dient te worden opgemerkt dat zowel de tenuitvoerlegging op basis van een verklaring van tenuitvoerlegging en op basis van de verklaring van uitvoerbaarheid aan dezelfde regels onderhevig zijn. Het verschil ligt in het feit dat binnen het kader van een executoriale titel op basis van een beslissing met de verklaring van uitvoerbaarheid, de schuldenaar meer juridische middelen ter beschikking staan om de feitelijke tenuitvoerlegging van de beslissing te voorkomen.

AANVRAAG VOOR TENUITVOERLEGGING

Artikel 11 bevat informatie die de eiser van de tenuitvoerleggingsmaatregel (de schuldeiser) moet verstrekken om tot de tenuitvoerlegging over te gaan. Deze informatie kan in twee groepen worden ingedeeld: informatie die in alle gevallen moet worden verstrekt (naam van de schuldenaar en, ofwel zijn geboortedatum of de naam van zijn moeder, en indien het een wettelijke onderneming betreft, het registratienummer), en informatie die moet worden verstrekt naargelang de omstandigheden van de zaak.

VERKLARING VAN TENUITVOERLEGGING (ARTIKEL 15 EN 16)

Artikel 15 “(1) De rechtbank die in eerste instantie oordeelde, geeft een verklaring van tenuitvoerlegging af:

  • a) Op basis van het vonnis van de rechtbank in burgerlijke zaken;
  • b) Op basis van de strafrechtelijke beslissing uitgesproken in burgerlijke vorderingen;
  • c) Op basis van een door de rechtbank goedgekeurde overeenkomst.

(2) (…)”

Uit dit artikel blijkt duidelijk dat de rechter een verklaring van tenuitvoerlegging af kan geven met betrekking tot vonnissen uitgesproken in burgerlijke zaken of vonnissen uitgesproken als onderdeel van een strafrechtelijke uitspraak op burgerlijke vorderingen.

De verklaring van tenuitvoerlegging kan alleen worden afgegeven door de rechtbank dat in eerste aanleg over de zaak heeft beslist.

Artikel 16 bevat specifieke bepalingen aangaande de verklaring van tenuitvoerlegging (zowel met betrekking tot het toepassingsgebied en het bereik).

VERKLARING VAN UITVOERBAARHEID

Artikel 20 “(1) Het bevoegde lokale gerecht van de woonplaats of van de statutaire zetel van de schuldenaar, of bij gebreke daarvan de locatie waar de afdwingbare activa van de schuldenaar zich bevinden, hecht een verklaring van uitvoerbaarheid als bijlage toe aan de documenten opgenomen in Artikel 22 en 23.

(2) De bepalingen met betrekking tot de verklaringen van tenuitvoerlegging zijn formeel van toepassing op de verklaring van uitvoerbaarheid.”

Artikel 22 “De rechtbank geeft een verklaring van uitvoerbaarheid af:

  • a) aangaande een beslissing van een notaris van een dorp, stad of district van Boedapest in het kader van de afhandeling van een geschil omtrent goederen, om betaling toe te kennen als gevolg van gederfde winst, schade en kosten;
  • b) aangaande een beslissing van het tuchtrechtelijk toezicht van de officier van justitie en de tuchtrechtelijke instanties van ontwerpers, ingenieurs en architecten, van de ethische commissie van deskundigen van de Kamer van Justitie en van de instanties genoemd in Artikel 140/B (1) en Artikel 140/C (2), van Wet CLIV van 1997 inzake de gezondheidszorg, die betaling van de boetes en juridische kosten gelast.
  • c)
  • d) aangaande onderhandse akten met volledige bewijskracht van een contract bij opheffing van het gemeenschappelijk eigendom of onroerend goed na een veiling, indien de akte de geschatte waarde van het onroerend goed, de voorwaarden van de veiling en het tarief voor het beheer van de juridische kosten en de verdeling van de inkomsten bepaalt;
  • e) aangaande een beslissing van het Hongaarse Octrooibureau over de te dragen kosten;
  • f) aangaande een beslissing van de notarissen van een dorp, een stad, een wijk van Boedapest, met territoriale bevoegdheid in de plaats waar de schade zich heeft voorgedaan, als onderdeel van hun procedures ingezet op grond van de Wet op de Bescherming van Wild, Wildbeheer en Jagen, over de goedkeuring van de overeenkomst tussen de benadeelde partij en de van inbreuk verdachte partij, met betrekking tot vergoeding van schade veroorzaakt door wilde dieren, aan jagers te wijten verliezen of enige andere schade toegebracht aan wild en het beheer van de vooruitbetaalde juridische kosten.

Artikel 23 “(1) De rechtbank geeft een verklaring van uitvoerbaarheid af met betrekking tot de volgende bescheiden van werkgevers en aangenomen in overeenstemming met de Hongaarse Arbeidscode:

  • a) een schriftelijke, niet-betwiste kennisgeving gericht aan een werknemer voor terugbetaling van het loon dat zonder enige rechtsgrond aan de werknemer is betaald of enige andere schuld van de werknemer in verband met zijn tewerkstelling;
  • b) een definitieve en uitvoerbare beslissing waarbij de werknemer bevolen wordt om de schade te vergoeden;
  • c) een overeenkomst met de werknemer door middel van bemiddeling.
  • (2) Een verklaring van uitvoerbaarheid kan worden afgegeven voor de schriftelijke kennisgeving, de beslissing of de overeenkomst zoals beschreven in paragraaf (1) indien de schuld niet via directe inhouding op het loon kan worden verrekend, of indien een dergelijke maatregel er niet in slaagt om resultaten te behalen of indien het waarschijnlijk is dat slechts na een langdurige periode resultaat behaald kan worden.”

Artikel 23/A “Indien aan de vereisten is voldaan, hecht de bevoegde lokale rechtbank op het geregistreerde adres van de arbitragecommissie die verantwoordelijk is voor consumentenbescherming of medisch bemiddelingsadvies en die deze zaak aanhangig maakt, een verklaring van uitvoerbaarheid aan de verplichte resoluties aangenomen door de commissie en de overeenkomsten aangegaan voorafgaand aan het medische bemiddelingsadvies.”

Artikel 23/B “(1) De authentieke akten genoemd in Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad betreffende de bevoegdheid, de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (hierna aangeduid als “Verordening (EG) nr. 44/2001” moet vergezeld gaan van een verklaring van bevoegdheid die als bijlage is toegevoegd door de bevoegde lokale rechtbank van de bevoegde nationale jurisdictie van de woonplaats of de zetel van de schuldenaar – of bij gebreke daarvan, de plaats waar de uitvoerbare goederen van de schuldenaar zich bevinden of, in geval er Hongaarse filialen of verkooppunten van in het buitenland geregistreerde bedrijven aanwezig zijn, het officiële adres van het voornoemde filiaal of verkoopkantoor (in Boedapest, de centrale arrondissementsrechtbank van Buda). De authentieke akten vermeld in Verordening (EG) nr. 2201/2003 van de Raad moeten worden vergezeld van een verklaring van bevoegdheid die is toegevoegd door de bevoegde lokale rechtbank van de rechtbank van eerste aanleg van de gewone verblijfplaats van de persoon tegen wie een tenuitvoerlegging gericht wordt of het betreffende kind (in Boedapest, de Centrale Arrondissementsrechtbank van Buda).

(2) De bevoegde lokale rechtbank van de rechtbank van eerste aanleg van de woonplaats of de zetel van de schuldenaar - bij gebreke daarvan, de plaats waar de uitvoerbare goederen van de schuldenaar zich bevinden of, in geval er Hongaarse filialen of verkooppunten van in het buitenland geregistreerde bedrijven aanwezig zijn, het officiële adres van voornoemde vestiging of filiaal of verkoopkantoor (in Boedapest, de Centrale Arrondissementsrechtbank van Buda). - geeft de verklaring van bevoegdheid af van een beslissing die als een Europese verklaring van bevoegdheid is gecertificeerd overeenkomstig Verordening (EG) Nr. 805/2004.”

Artikel 23/C “(1) De notaris die de akte opstelt, voegt een verklaring van bevoegdheid toe aan de notariële akte, indien het bevat:

  • a) een toezegging van tenuitvoerlegging en overweging, of een eenzijdige verbintenis;
  • b) de namen van de schuldeiser en schuldenaar;
  • c) het onderwerp van het geschil, de waarde (bedrag) en juridische gronden voor de verplichting;
  • d) de voorwaarden en termijn van de tenuitvoerlegging.

(2) indien een verplichting wordt opgelegd onder voorwaarde of datum, moet het optreden van voornoemde voorwaarde of datum door een authentieke akte worden geverifieerd teneinde de verplichting afdwingbaar te maken.

(3) De notaris die de akte opstelt, neemt een verklaring van uitvoerbaarheid op in de authentieke akte van een pandovereenkomst indien de termijn voor de tenuitvoerlegging van de vordering reeds verstreken is.

(4) De notaris die de akte opstelt, neemt een verklaring van uitvoerbaarheid op in de authentieke akte van een contract met als doel de opheffing van mede-eigendom van een onroerend goed na verkoop op de veiling, indien de akte de geschatte waarde van het onroerend goed, de voorwaarden van de veiling, en het tarief voor het beheer van de juridische kosten en de verdeling van inkomsten bepaalt;

(5) De tenuitvoerlegging kan plaatsvinden op grond van dit Artikel indien de in de notariële akte omschreven vordering is onderworpen aan een tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen en indien de termijn voor de tenuitvoerlegging van de vordering reeds verstreken is.”

Artikel 1 luidt “Rechterlijke beslissingen en beslissingen van de instanties die een geschil beslechten, alsook bepaalde verplichtingen in bepaalde documenten, moeten worden afgedwongen via de rechtbanken en volgens de inhoud van deze Wet.”

Volgens dit artikel kan een maatregel worden aangevraagd om rechterlijke beslissingen en beslissingen van instanties die een zaak beslechten af te dwingen, maar tegelijkertijd biedt dit artikel de mogelijkheid om juridische handhaving van bepaalde akten te bekomen.

Met betrekking tot deze akten, en dit zijn niet de akten zoals bedoeld in artikel 15 en 16 (namelijk, rechterlijke beslissingen), voegt het gerecht een verklaring van uitvoerbaarheid toe aan deze akten met het oog op de afdwingbaarheid ervan.

Dezelfde bepalingen zijn van toepassing op zowel de verklaring van uitvoerbaarheid en de afgifte van een verklaring van tenuitvoerlegging. Zodoende regelt de wet alleen het systeem van de verklaring van tenuitvoerlegging op gedetailleerde wijze, terwijl de verklaring van uitvoerbaarheid alleen in specifieke gevallen wordt geregeld.

Samengevat: de verschillende middelen om een tenuitvoerleggingsmaatregel te bevelen volgens het Hongaarse recht zijn:

- De verklaring van tenuitvoerlegging – in beginsel, wordt de tenuitvoerlegging uitgevoerd met behulp van de verklaring van tenuitvoerlegging, hetgeen een rechterlijke beslissing is die de tenuitvoerlegging beveelt.

- De verklaring van uitvoerbaarheid – het gerecht voegt rechtstreeks een verklaring van uitvoerbaarheid toe aan de akten die ten uitvoer worden gelegd.

- Rechtstreeks beslag door de rechtbank (közvetlen bírósági letiltás) - Als de schuld uitsluitend moet worden terugbetaald door inhouding op het loon en het inkomen van de schuldenaar, zal de rechtbank zelf beslag leggen op de bedragen van de werkgever of de bevoegde organisatie, zodat deze rechtstreeks aan de schuldeiser worden terugbetaald.

RECHTSMIDDELEN TEGEN AKTEN VERGEZELD VAN EEN VERKLARING VAN UITVOERBAARHEID

De optie voor rechtsmiddelen is open voor zowel de schuldeiser als de schuldenaar.

In geval de rechtbank de tenuitvoerlegging beveelt door afgifte van een “executoriale titel”, en vervolgens vaststelt dat deze niet had mogen afgegeven worden, is het mogelijk om een nietigverklaring te verzoeken, waarbij ofwel de verklaring van tenuitvoerlegging kan worden ingetrokken of de verklaring van uitvoerbaarheid kan worden herroepen.

Artikel 211 en 212 bevatten bepalingen die van toepassing zijn op de intrekking van de verklaring van tenuitvoerlegging en de herroeping van de verklaring van uitvoerbaarheid:

Artikel 211 “(1) Indien de rechtbank in strijd met de wet een verklaring van tenuitvoerlegging afgeeft, dan moet voornoemde verklaring van tenuitvoerlegging worden ingetrokken.

(2) Indien de rechtbank in strijd met de wet een executoriale titel heeft afgegeven, moet deze verklaring van uitvoerbaarheid worden herroepen.

(3) De rechtbank trekt de verklaring van tenuitvoerlegging in of verklaart de verklaring van uitvoerbaarheid nietig indien zij heeft vastgesteld dat, op verzoek van de schuldeiser, de tenuitvoerlegging moet worden geweigerd of afgewezen op grond van Artikel 21 van Verordening (EG) Nr. 805/2004, Artikel 22 (1) van Verordening (EG) Nr. 1896/2006 of Artikel 22 (1) Verordening (EG) Nr. 861/2007.”

Artikel 212 “(1) Op basis van een verslag van een gerechtsdeurwaarder of op zijn initiatief, kan de rechtbank die de tenuitvoerlegging beveelt, op verzoek van elk van de partijen, een beslissing doen nemen over de intrekking van een verklaring van tenuitvoerlegging of het verzoek om een herroeping van een convergentieclausule.

(2) Beide partijen moeten van deze beslissing op de hoogte worden gebracht en kunnen hiertegen in beroep gaan.”

Artikel 213 bevat bepalingen met betrekking tot rechtsmiddelen tegen een beslissing van tenuitvoerlegging: “(1) Indien een rechtbank de tenuitvoerlegging beveelt door middel van een beslissing of een beslissing neemt over een exceptie in een executoriale titel, indien het is afgegeven in afwijking van de toepassing ervan, kunnen de partijen tegen een dergelijke beslissing in beroep gaan.

(2) Een beroep tegen een beslissing vermeld in paragraaf (1) heeft geen opschortende werking ten aanzien van de tenuitvoerleggingsprocedure; tenzij anders bepaald door deze Wet, kunnen de in beslag genomen voorwerpen echter niet worden verkocht en de door middel van de tenuitvoerleggingsprocedure geïnde bedragen kunnen niet worden terugbetaald aan de eiser.

(3) De partij die de tenuitvoerlegging verzoekt, kan in beroep gaan tegen een beslissing waarin de afgifte van een executoriale titel wordt afgewezen.

(4) Indien de tenuitvoerlegging is gebaseerd op een rechtstreekse gerechtelijke kennisgeving (Artikel 28), kunnen partijen een rechtsmiddel instellen tegen de beslissing die voornoemde rechtstreekse gerechtelijke kennisgeving bevat.”

Artikel 217, ondertussen, bevat de regels die van toepassing zijn op het verzoek om verwerping gericht tegen een aanvraag voor de gedwongen tenuitvoerlegging: “ (1) De partij of enige andere betrokken persoon kan om de verwerping van een verzoek om tenuitvoerlegging vragen bij het gerecht van oorsprong dat de tenuitvoerlegging machtigt ondanks onwettige handelingen van de gerechtsdeurwaarder of door diens nalatigheid (hierna aangeduid als “tenuitvoerleggingsmaatregel”).

(2) Een verwerping moet binnen vijftien dagen van de betwiste beslissing worden aangevraagd en door een gerechtsdeurwaarder binnen drie werkdagen naar een gerecht van oorsprong die de tenuitvoerlegging machtigt worden gestuurd, met toevoeging van kopieën van de bescheiden met betrekking tot de betwiste beslissing. Indien de partij die de verwerping verzoekt pas aan het einde van deze periode op de hoogte is gebracht van de betreffende beslissing, of na de vijftiende dag verhinderd was om de verwerping te verzoeken, zal de termijn voor verzoek tot verwerping van een tenuitvoerlegging lopen vanaf de kennisgeving of het verdwijnen van de hindernis.

(3) Een aanvraag voor tenuitvoerlegging tegen een tenuitvoerleggingsmaatregel kan niet worden afgewezen na afloop van een periode van zes maanden. Indien een aanvraag niet tijdens deze periode is ingediend, kan hiertoe geen rechtvaardiging worden aangebracht.

(4) De rechtbank moet de beslissing over de verwerping van een aanvraag voor tenuitvoerlegging bespoedigen, indien nodig na het horen van de partijen.

(5) De rechtbank moet binnen acht werkdagen na ontvangst van de afwijzing van een verzoek tot tenuitvoerlegging, maatregelen nemen om de documenten te verkrijgen - anders - die nodig zijn voor haar beslissing, terwijl de betreffende gerechtsdeurwaarder binnen acht werkdagen aan het verzoek van de rechtbank moet voldoen. De rechtbank neemt een beslissing over de afwijzing van een verzoek tot tenuitvoerlegging binnen de zestig dagen - overeenkomstig Artikel 50 (2) - tenzij het nodig is de partijen te horen of er ander bewijsmateriaal in overweging moet worden genomen.”

Artikel 221 en 222 regelen de schorsende werking van rechtsmiddelen.

Artikel 221 luidt: “Een beroep tegen een rechterlijke beslissing heeft een schorsende werking, tenzij:

  • a) er strijdige wetsbepalingen bestaan; of
  • b) het verzoek tegen het optreden van de politie is gericht.”

Artikel 222 “De bestaande rechtsmiddelen tegen de maatregelen die worden uitgevoerd door gerechtsdeurwaarders en politie hebben geen opschortende werking”.

Dus, overeenkomstig deze artikelen, hebben de partijen het recht om een rechtsmiddel in te stellen tegen beslissingen die een tenuitvoerleggingsmaatregel bevelen en uitvoeren. In beginsel heeft het rechtsmiddel een opschortende werking, behalve in een aantal specifieke gevallen (zie Artikel 221 en 222).

AFGIFTE VAN GERECHTELIJKE STUKKEN

In overeenstemming met Wet III van 1952 betreffende de burgerlijke rechtspleging, moeten gerechtelijke stukken per post worden betekend, tenzij anders bepaald door de wet. Deze betekening moet worden gedaan in overeenstemming met de wettelijke bepalingen die van toepassing zijn op de betekening van officiële stukken.

Gerechtelijke stukken die per post worden verstuurd, worden geacht te zijn betekend op de dag van poging tot betekening indien de geadresseerde weigert deze te accepteren. In geval van mislukking van betekening op grond van de weigering van de geadresseerde om het document te accepteren (het is teruggezonden naar de rechtbank met de vermelding “niet-opgevraagd”), wordt het document geacht te zijn betekend op de vijfde werkdag na de tweede poging tot betekening per post - tenzij anders wordt bewezen.

Indien de schuldenaar in HONGARIJE woont,

voorziet Wet LIII van 1994 inzake de tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen in de betekening van gerechtelijke stukken door gerechtsdeurwaarders. Betekening door gerechtsdeurwaarders voorziet in de identificatie van de geadresseerde en de persoonlijke afgifte van het document om ervoor te zorgen dat het document aan de geadresseerde afgegeven wordt en dat de strekking van het document in een authentieke akte wordt opgenomen.

Artikel 31/D “(1) Indien een uitspraak als bedoeld in Artikel 15 of Artikel 16 a) en b) werd gegeven en wordt geacht te zijn betekend, kan de partij -die gemachtigd is om de tenuitvoerlegging te verzoeken die op deze uitspraak gebaseerd is- verzoeken om het document dat deze uitspraak bevat, door de gerechtsdeurwaarder van een onafhankelijke rechter (hierna aangeduid als “gerechtsdeurwaarder”) aan de geadresseerde kan worden betekend en de betekeningskosten vooraf te betalen.

(2) Het beheer van de kosten zoals bepaald in andere specifieke wetgeving is niet van toepassing wanneer de processtukken door de gerechtsdeurwaarder worden betekend. De kosten van het betekeningsproces worden gedragen door de partij die de betekening verzoekt; indien de tenuitvoerleggingsprocedure echter wordt ingezet op basis van een uitspraak genoemd in paragraaf (1), vallen de kosten van de betekening van de processtukken door een gerechtsdeurwaarder (de kosten van een verzoek tot tenuitvoerlegging) ten laste van de schuldenaar.

(3) De gerechtsdeurwaarder betekent het document aan de geadresseerde overeenkomstig van andere specifieke wetsbepalingen en stelt een verslag op van voornoemde betekening, waarvan een kopie wordt gestuurd naar de rechtbank die de uitspraak deed en derwijze wordt geacht te zijn betekend. De gerechtsdeurwaarder informeert tevens de partij die de betekening heeft verzocht indien deze is uitgevoerd.

(4) De gerechtsdeurwaarder is - op verzoek - gemachtigd om informatie te verzamelen, zoals beschreven in Artikel 47 betreffende de vaste of gewone verblijfplaats van de geadresseerde of enige andere plaats waar de geadresseerde zich zou kunnen bevinden. De gerechtsdeurwaarder mag geen mededeling doen over informatie verkregen over de geadresseerde aan de partij die de betekening verzoekt, behalve de plaats van de betekening.

(5) De betekening kan worden uitgevoerd door een gerechtsdeurwaarder van een onafhankelijke rechtbank of een plaatsvervangende gerechtsdeurwaarder of een assistent-gerechtsdeurwaarder, op voorwaarde dat hij naar behoren gemachtigd is om processtukken te betekenen.

(6) De betekening van documenten in overeenstemming met de bepalingen van dit Artikel, in tegenstelling tot hetgeen beschreven wordt in paragraaf (1), kan ook door de wet worden voorgeschreven. In dit geval kunnen de wettelijke bepalingen die van deze Wet afwijken, worden toegepast als kennisgeving van de betekening van gerechtelijke stukken.”

Indien de schuldenaar in een Lidstaat woont,

wordt de grensoverschrijdende betekening van gerechtelijke stukken beheerst door Verordening (EG) nr. 1393/2007 van het Europees Parlement en Verordening (EG) van de Raad van 13 november 2007 inzake de betekening en kennisgeving van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of handelszaken in de Lidstaten (betekening of kennisgeving van documenten).

Een in het buitenland te betekenen document - tenzij anders is bepaald ten gevolge van een internationale overeenkomst gesloten door de Hongaarse staat - moet worden ingediend bij het ministerie van Justitie, die vanaf dat moment haar verantwoordelijkheid zal nemen. Betekening in het buitenland is geacht geldig te zijn indien het voldoet of aan de Hongaarse wet of aan de wet van het land waar de betekening wordt uitgevoerd.

Wat kan ik doen als ik nog geen uitvoerbare titel heb? Kan ik gebruik maken van bewarende maatregelen?

Zoals hierboven vermeld (punt I), om tot een tenuitvoerlegging te kunnen bevelen, moet de beslissing om ten uitvoer te brengen een verplichting bevatten, definitief zijn of genieten van de voorlopige tenuitvoerlegging, en is het tevens noodzakelijk dat de aan de schuldenaar gegeven termijnen voor de tenuitvoerlegging verstreken zijn (zie Artikel 13).

Om een rechtbank een beschermende maatregel te laten verlenen, hoeft de eiser alleen maar te beweren dat het gedrag van de schuldenaar de terugbetaling van zijn schuld in gevaar kan brengen.

De nadruk ligt hierbij op het begrip “beweren”. De wet verlangt inderdaad geen concreet bewijs van het gedrag van de schuldenaar, dat zou getuigen van een voornemen van de debiteur om zich insolvabel te maken.

Artikel 185 voorziet in het kader van de bewarende maatregelen: “Indien de executoriale titel niet is afgegeven op grond van Artikel 13 voor de tenuitvoerlegging van een vordering en de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt, vreest dat een vertraging in de betaling de tenuitvoerlegging van die vordering in gevaar zou brengen, zal de rechtbank onderstaande bewarende maatregelen bevelen, die moeten worden genomen op verzoek van de betrokken partij:

  • a) de vorming van een zekerheidsstelling ten aanzien van geldelijke vorderingen; of
  • b) het gerechtelijk beslag op specifieke goederen.”

Volgens dit artikel is het mogelijk om een bewarende maatregel te bevelen ter garantie van een geldelijke verplichting (Artikel 191 t/m 193 / A), maar ook een specifiek object in gerechtelijke bewaring te stellen (Artikel 194 t/m 199).

ONDER WELKE VOORWAARDEN KAN EEN BEWARENDE MAATREGEL BEVOLEN WORDEN?

De algemene voorwaarden en het toepassingsgebied van de bewarende maatregelen zijn vastgelegd in Artikelen 186 t/m 189.

Volgens Artikel 186 kan “(1) Een bewarende maatregel worden genomen indien de vordering gebaseerd is op een beslissing op grond waarvan een verklaring van uitvoerbaarheid in principe kan worden afgegeven overeenkomstig Artikel 15 en 16, maar dit niet mogelijk is gezien het feit dat:

  • a) de beslissing nog niet definitief is of niet onderworpen is aan voorafgaande tenuitvoerlegging; of
  • b) de beslissing al definitief is, maar de tenuitvoerleggingstermijn nog niet verstreken is.

(2) Een bewarende maatregel wordt door de bevoegde rechtbank bevolen teneinde een verklaring van uitvoerbaarheid af te geven op basis van een beslissing en indien aan de voorwaarden is voldaan.

(3) Bewarende maatregelen kunnen eveneens bevolen worden op grond van dit Artikel voor vorderingen toegekend door beslissingen die Hongarije moet erkennen in overeenstemming met Verordening 44/2001/EG van de Raad. De bewarende maatregelen worden bevolen door de rechtbank als bedoeld in Artikel 16 c).”

TOEKENNEN VAN EEN BEWARENDE MAATREGEL

Artikel 190 “(1) De rechtbank bespoedigt haar beslissing betreffende de bewarende maatregelen, geeft een verwante beslissing binnen maximaal acht dagen, en stuurt onmiddellijk een kopie daarvan aan de gerechtsdeurwaarder.

(2) De rechtbank spreekt de beslissing uit waarbij een bewarende maatregel wordt bevolen, die wordt kennis gegeven door betekening van de processtukken aan de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt en aan het registratiekantoor, indien de schuldenaar een bedrijf is, alsmede aan de schuldenaar in het geval van een bevel tot beslag op onroerend goed.

(3) De tussenkomst van een beroep tegen een beslissing betreffende een bewarende maatregel heeft geen opschortende werking.

(4) Bij ontvangst van de beslissing betreffende een bewarende maatregel, verzoekt de gerechtsdeurwaarder onmiddellijk de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt om de kosten van de invordering zo spoedig mogelijk vooruit te betalen, en start bij ontvangst van voornoemd voorschot de tenuitvoerlegging van de bewarende maatregel. In geval van tenuitvoerlegging van een bewarende maatregel, moeten er provisies worden betaald aan de gerechtsdeurwaarder teneinde zijn erelonen volledig te dekken en de geschatte kosten of een gedeelte van de kosten die voor de aanvang van de procedure moeten betaald worden.

Volgens dit artikel, moet de rechtbank onverwijld beslissen over de bewarende maatregel, maar in ieder geval binnen 8 dagen na de indiening van het verzoek.

Het dient benadrukt te worden dat de algemene regels die van toepassing zijn op de betekening, niet van toepassing zijn op de betekening van het uitgesproken vonnis betreffende de bewarende maatregel. De beslissing die de bewarende maatregel toekent, moet onmiddellijk naar de gerechtsdeurwaarder gestuurd worden, aangezien laatstgenoemde verplicht is om deze onverwijld ten uitvoer te leggen.

Deze bepalingen geven tevens de spoedeisendheid van de bewarende maatregel weer.

De beslissing tot het toestaan van de bewarende maatregel moet worden gemeld aan de aanvrager van de maatregel en aan de rechtbank van koophandel, indien de schuldenaar een bedrijf is. Anderzijds, dient het slechts aan de schuldenaar worden betekend indien het onderwerp ervan het beslag op een onroerend goed is.

De schuldenaar kan echter in hoger beroep gaan tegen de bewarende maatregel, nadat de beslissing rechtstreeks aan hem betekend is.

Zoals bepaald onder punt 3, heeft het beroep tegen de beslissing waarbij een beschermende maatregel wordt bevolen, geen schorsende werking, dat wil zeggen dat de maatregel geniet van uitvoerbaarheid bij voorraad.

Punt 4 van Artikel 190 vermeldt de procedures die de gerechtsdeurwaarder ten uitvoer moet leggen. Bij ontvangst van de beslissing die de bewarende maatregel beveelt, zal hij onmiddellijk de schuldeiser verzoeken om hem zo spoedig mogelijk de kosten van de tenuitvoerlegging vooraf te betalen. Zodra hij dit geld ontvangen heeft, moet hij onmiddellijk met de bewarende maatregel aanvangen.

VERKRIJGEN VAN EEN EXECUTORIALE TITEL BINNEN EEN BEPAALDE TERMIJN

Artikel 201 / A “(1) Indien de uitvoeringsprocedure van een vordering resulteert in een rechterlijk verbod dat werd ingesteld door de schuldenaar, wanneer de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt niet binnen drie maanden na de datum waarop aan alle algemene voorwaarden van de tenuitvoerlegging (Artikel 13) zijn voldaan, een verzoek heeft ingediend voor betaling van vernoemde vordering, heeft de schuldenaar het recht om aan het einde van deze periode een aanvraag in te dienen bij de rechtbank om de schorsing van deze tenuitvoerleggingsmaatregel te verzoeken.

(2) Indien een aanvraag genoemd in paragraaf (1) wordt ingediend, zal de rechtbank de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt meedelen dat de aanvraag voor verhaal van de betreffende vordering binnen dertig dagen bij de bevoegde rechtbank dient te worden ingediend. Indien de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt binnen dertig dagen niet aan deze termijn heeft voldaan, beëindigt de rechtbank de bewarende maatregel.

(3) Een verzoek tot verlenging van de termijn zal niet worden geaccepteerd indien deze periode van dertig dagen niet in acht wordt genomen.

(4) Wanneer een bewarende maatregel overeenkomstig paragraaf (2) beëindigd wordt, zal de rechtbank de partij die de tenuitvoerlegging verzoekt, gelasten de kosten van de procedure met betrekking tot de bewarende maatregel te betalen, waaronder de honoraria, kosten en uitgaven van de curator, indien van toepassing.

Artikel 201 voorziet in een zekerheid aan de schuldenaar tegen de traagheid van de schuldeiser In het geval dat laatstgenoemde niet al het mogelijke doet om daadwerkelijk zijn vordering te verhalen, geeft Artikel 201 de schuldenaar de mogelijkheid om de schorsing van de bewarende maatregelen (zie 1) te verzoeken.

Indien de schuldenaar gebruik maakt van de hem geboden mogelijkheid en om schorsing van de bewarende maatregel verzoekt, zal de rechtbank de schuldeiser op de hoogte stellen dat, indien hij niet binnen de 30 dagen een aanvraag indient met het oog op het verkrijgen van een uitvoeringsmaatregel, de rechtbank schorsing van de maatregel zal gelasten.

DOEL VAN DE BEWARENDE MAATREGEL

Binnen de werkingssfeer van een bewarende maatregel kan de rechtbank de inbewaargeving van een specifiek voorwerp, of het verschaffen van een zekerheidsstelling ten aanzien van een geldelijke schuldvordering (artikel 185) gelasten.

Verschaffing van een zekerheidsstelling ten aanzien van een geldelijke vordering (artikel 191-193)

Indien de rechtbank een zekerheidsstelling op een geldelijke vordering gelast, bezorgt de gerechtsdeurwaarder de beslissing persoonlijk aan de schuldenaar en moet het te betalen bedrag terstond worden betaald. Indien de schuldenaar niet aan deze eis voldoet, kan de deurwaarder beslag laten leggen op elk voorwerp van waarde van de schuldenaar tot een maximale waarde gelijk aan de schuld en invorderingskosten.

Om beslag te leggen op onroerend goed, moet de gerechtsdeurwaarder rechtstreeks naar het Bureau van het kadaster om zijn recht in een register te laten inschrijven.

Indien een financiële instelling de bankrekening van de schuldenaar beheert, zal de gerechtsdeurwaarder de instelling in kennis stellen, opdat deze weigert het bedrag gelijk aan de schuld en de hoogte van invorderingskosten aan zowel de schuldenaar als derden te betalen. Indien het saldo van de rekening niet het volledige bedrag van de schuld dekt, dient de financiële instelling op een gelijke manier te handelen met betrekking tot toekomstige betalingen.

Dit betekent dat de financiële instelling voortdurend de rekeningen van de schuldenaar in het oog moet houden en de bedragen niet beschikbaar stellen, zolang de bedragen waarop beslag is gelegd niet de schuld van de schuldenaar vereffenen.

Binnen acht dagen na ontvangst van de executoriale titel, moet de financiële instelling de gerechtsdeurwaarder in kennis stellen van het bedrag dat het kan toewijzen naar aanleiding van de maatregel, waarna alleen beslag kan worden gelegd op de activa van de schuldenaar tot maximaal het bedrag van de resterende schuld.

Gerechtelijke beslag (194 § - van roerende goederen; 195 § - onroerende goederen).

Binnen de werkingssfeer van een bewarende maatregel, is het voorwerp van beslag een specifiek voorwerp en niet de beslaglegging van gelijk welk voorwerp, zoals dit in het kader van een bewarende maatregel ter voldoening van een geldelijke schuld het geval was.

Tijdens de beslaglegging van een specifiek voorwerp en wanneer dit voorwerp niet het onderwerp van een onteigening van de schuldenaar is, kan laatstgenoemde het dus gebruiken, maar kan deze er niet vrijelijk over beschikken. Indien het opgegeven voorwerp door de gerechtsdeurwaarder verzegeld is, is het openen van de ruimte gebruikt voor opslag, het verbreken van zegels, het verwijderen of vervreemden van het voorwerp een vervolgbaar feit.

Wanneer het gerechtelijk beslag onroerend goed betreft, is de gerechtsdeurwaarder verplicht dit te vermelden in het vastgoedregister.